Aantal interviews: 14
Periode: 1945-1986
Audiobestanden: ja
Transcripties: ja
Toegankelijkheid op aanvraag
Tim Debroyer maakt mooi gebruik van oral history en koppelt dit fraai aan de resultaten van het archiefonderzoek. Hij benadert het onderwerp vanuit verschillende perspectieven, dat van de patiënt, de medische hoek, de verpleegkunde en andere disciplines. Juist die aanpak vanuit meerdere perspectieven laat zien dat de geschiedenis van de verpleging geen geïsoleerd vakgebied is.
Ook de inhoud van de scriptie is origineel. TBC is een enorm probleem geweest en je zou verwachten dat het met de komst van penicilline was opgelost. Deze scriptie laat voortreffelijk zien hoe groot het aandeel van verpleegkundigen bij de uitschakeling van TBC als ziekte is geweest. Het creatieve gebruik van interviews met verpleegkundigen maakt de onzichtbare kant van de verpleegkundige praktijk zichtbaar.
Deze masterproef plaatst het ‘einde’ en het verdwijnen van een zogezegd overwonnen ziekte centraal door longtuberculose te analyseren in de periode na de Tweede Wereldoorlog, op het moment dat antibiotica de behandeling van de ziekte transformeerden. Het sanatorium Elisabeth te Sijsele dient daarvoor als casestudy. Tim Debroyer heeft de transformatie van dit sanatorium en de daarmee gepaard gaande ervaringen van patiënten en personeel onderzocht aan de hand van archiefonderzoek en interviews. Deze casestudy begint aan het einde van de Tweede Wereldoorlog wanneer de introductie van antibiotica een hele reeks veranderingen in gang zet binnen het sanatorium en eindigt bij de sluiting van de laatste sanatoriumdienst in Sijsele in 1986. Zijn analyse van wat zich in Sijsele voltrok tijdens deze sleutelperiode biedt zo een diepgaande blik op een bredere transformatie in de aanpak van tuberculose in binnen- en buitenland.
Opdrachtgever: Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme, Antwerpen
Aantal interviews: 38
Aantal geïnterviewden: 18
Drager: geluidscassette
Toegankelijkheid: onbekend
Het Project mondelinge geschiedenis is een van de eerste projecten die door het ADVN werden aangevat. In de periode 1984-1986 kende het een aanzienlijke uitbouw door het interviewen van een omvangrijk aantal personen die de geschiedenis van het Vlaams-nationalisme vanuit diverse invalshoeken meemaakten. De wetenschappelijk-gefundeerde aanpak van die interviews werd in grote mate bepaald door de Wergroep Mondelinge Geschiedenis.
In de loop van het project werd bij het bepalen van mogelijke respondenten overgeschakeld naar een meer thematische aanpak. Zo werden interviewreeksen uitgewerkt omtrent de (politieke) reorganisatie van het Vlaams-nationalisme na de Tweede Wereldoorlog (Vlaamse Concentratie, Volksunie, …), omtrent de vrouwenbeweging (o.a. over de Vrouwenbeweging voor Amnestie, i.s.m. de Federatie van Vlaamse Vrouwengroepen), omtrent de groep Nederland Een! (ontstaan, werking, organisatie enz. van de oppositiebeweging Nederland Een! en van gelijkaardige bewegingen tijdens de Tweede Wereldoorlog).
Het ADVN kon zijn bestanden verder uitbreiden met een groot aantal mondelinge bronnen, die origineel of in kopie ter beschikking werden gesteld door personen of verenigingen.
De gevolgde methodologie werd door Bruno De Wever vastgelegd in twee instructieteksten (over het interview en de transcriptie) en in een handleiding voor individuele en collectieve projecten.
REALISATIES
– mondelinge getuigenissen op band geregistreerd en opgenomen in de afdeling audiovisueel archief van het ADVN, voornamelijk omtrent de reorganisatie van het Vlaams-nationalisme na WOII, vrouwen in de Vlaamse beweging en Nederland Eén!
Na de Tweede Wereldoorlog leek het tijdperk van het nationalisme definitief voorbij. De politieke en sociaal-economische evolutie in België zorgden er evenwel voor dat de Vlaamse beweging relatief snel weer een massa-aanhang verwierf. In Het zog daarvan werd Het Vlaams-nationalisme in de jaren ’60 opnieuw een factor van politiek belang. Nevenstaande tekst onderzoekt hoe dat Vlaams-nationalisme erin slaagde de repressie te overleven en zich te reorganiseren.
Aantal interviews: 48
Interviews afgenomen tussen 1 april 2007 en 15 december 2009
Toegankelijkheid: op aanvraag via Het Archief
Tussen 1 april 2007 en 15 december 2009 werden, volgens de methodiek van de ‘mondelinge geschiedenis’ 48 diepte-interviews afgenomen van minderbroeders, ex-confraters, een claris en andere betrokkenen. Naast deze audio-opnames werden 9 interviews gefilmd zodat we over 28 uren professioneel beeldmateriaal beschikken.
Door het verzamelen van deze ‘getuigenissen’ via diepgaande interviews verkregen we een ‘completer’ beeld van de recente geschiedenis van de Minderbroeders. Er werd in het verleden heel wat onderzoek naar de orde in Vlaanderen verricht. Dit heeft ons voornamelijk informatie over ‘feiten’ opgeleverd. Maar hoe de minderbroeders alles persoonlijk ‘ervaarden’ is een aspect dat voorheen niet aan bod kwam.
© P. Longinus de Munter, franciscaan en fotograaf
In functie van de vaste opstelling ‘zij kwamen op blote voeten…’ werden audio-en beeldfragmenten van de interviews ontsloten. Dergelijke getuigenissen slagen er veel beter in dan traditionele presentaties om een complex verhaal te communiceren naar een brede doelgroep. We leven nu eenmaal in een omgeving waarin beeld en geluid dominant zijn.
‘Bladeren in een boom’
6 paters en 1 zuster claris werden geïnterviewd voor de camera. Zeer openhartig vertellen ze over hun roeping, hun geloof en ervaringen binnen de orde. Maurice Noben maakte er een boeiende getuigenisfilm van. De film is doorlopend te bekijken in het museum.
Aantal interviews: 3
Bronmateriaal: VRT archief op locatie te bekijken
Toegankelijkheid: op afspraak via vrtarchief@vrt.be
Voorwaarden: zie website
Metadata te raadplegen via meemoo: hetarchief.be
Het schrijnende verhaal van de kinderen van Belgische kolonialen en Afrikaanse moeders die eind jaren 50 in België werden ondergebracht bij pleeggezinnen.
Precies 60 jaar na de onafhankelijkheid van Rwanda en Burundi vertelt de driedelige documentaire reeks Metissen van België de onthutsende geschiedenis van meer dan 300 metissen uit de Belgische koloniale periode in Rwanda. De makers van de reeks doen dat aan de hand van het levensverhaal van drie van hen: Jaak, Paul en Jacqueline.
Als onwettige kinderen van een witte vader en een zwarte moeder werden ze door de Belgische overheid weggehaald bij hun moeder en in het internaat van Save in Rwanda geplaatst. Net voor de onafhankelijkheid moesten ze ook daar weg en werden ze halsoverkop naar België overgebracht.
Daar kwamen ze ontworteld en getraumatiseerd terecht in een adoptiegezin of een weeshuis. Het waren gebeurtenissen die hun hele verdere leven tekenden. Pas in 2015 kregen ze toegang tot hun officiële dossier en konden ze op zoek gaan naar hun roots.
Aantal interviews: onbekend
Bronmateriaal: VRT archief op locatie te bekijken
Toegankelijkheid: op afspraak via vrtarchief@vrt.be
Voorwaarden: zie website
Metadata te raadplegen via meemoo: hetarchief.be
Tijdens de Tweede Wereldoorlog collaboreerden tienduizenden Belgen met het naziregime. Hun kinderen blikken terug en getuigen over de oorlogsperiode. Wat deden hun ouders, waarom collaboreerden ze, en hoe staan hun kinderen daar nu tegenover?
Voor de familieleden van collaborateurs waren de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog groot. Ze deelden mee in de bestraffing en de schaamte. Kinderen hadden het vaak nog lastiger, omdat een normaal familieleven werd verstoord door feiten waar ze helemaal niets mee te maken hadden. Het zijn ervaringen waar ze een leven lang over hebben nagedacht. De getuigenissen uit de spraakmakende Canvasreeks Kinderen van de collaboratie worden nu samengebracht in boekvorm. Het boek wordt samengesteld door Piet Boncquet en verschijnt in samenwerking met Canvas. Historicus Geert Clerbout, de eindredacteur van de documentairereeks en de auteur van onder meer Publiek geheim, schrijft het voorwoord. Piet Boncquet (1958) is historicus en archeoloog. Hij was jarenlang journalist bij de kranten Het Nieuwsblad en De Tijd.
Aantal interviews: 12
Bronmateriaal: VRT archief op locatie te bekijken
Toegankelijkheid: op afspraak via vrtarchief@vrt.be
Voorwaarden: zie website
Metadata te raadplegen via meemoo: hetarchief.be
De reeks toont hoe de gebeurtenissen van 75 jaar geleden een stempel hebben gedrukt op de volgende generaties. Ze wil ook tonen hoe onze maatschappij sinds de Tweede Wereldoorlog met de herinnering aan de Holocaust omgaat. Interviews met twaalf kinderen van overlevenden van de Holocaust.
Daarnaast zijn er interviews gehouden met zeven experten uit verschillende domeinen, die de systematiek van de nazi-vernietigingspolitiek ontleden.
De Holocaust maakte in België tienduizenden slachtoffers. Voor Joden die het overleefden, zou de oorlog nooit voorbij zijn. Immens was vaak het verlies dat ze een plaats moesten geven. Hun kinderen kregen een loodzware erfenis te verwerken. Ze moesten ook hun weg zoeken in een samenleving die pas met jaren vertraging de volle waarheid over de oorlog onder ogen wilde zien. Het zijn ervaringen waar ze een leven lang over hebben nagedacht.
De afleveringen zijn in België online op canvas.be te bekijken.
De getuigenissen uit de spraakmakende Canvasreeks Kinderen van de Holocaust zijn nu samengebracht in boekvorm. Het boek wordt samengesteld door Piet Boncquet en verschijnt in samenwerking met Canvas. Historicus Geert Clerbout, de eindredacteur van de documentairereeks en de auteur van onder meer Publiek geheim, schrijft het voorwoord. Piet Boncquet (1958) is historicus en archeoloog. Hij was jarenlang journalist bij de kranten Het Nieuwsblad en De Tijd.
Aantal interviews: 13
Bronmateriaal: VRT archief op locatie te bekijken
Toegankelijkheid: op afspraak via vrtarchief@vrt.be
Voorwaarden: zie website
Metadata te raadplegen via meemoo: hetarchief.be
Tijdens de Tweede Wereldoorlog stapten tienduizenden Belgen in het verzet tegen de nazi’s. Hun kinderen getuigen over die oorlogsperiode. Wat deden hun ouders, waarom gingen ze in het verzet en hoe gevaarlijk was dat?
Veel verzetslieden werden opgepakt door de Duitsers. Die arrestaties staan 75 jaar later bij vele kinderen nog op het netvlies gebrand.
Vanaf het moment van de Duitse inval in mei 1940 begon het verzet tegen de bezetting. Vaak ging het om gewone burgers die, uit overtuiging of uit vaderlandsliefde, actief of passief verzet pleegden tegen Duitse soldaten, de Duitse oorlogsmachine en Belgische collaborateurs. In de loop van de oorlog organiseerde het verzet zich en werd het gewelddadiger, omdat de bezetter zich genadeloos opstelde. De diepe tegenstelling tussen ‘witten’ en ‘zwarten’, tussen verzetslui en collaborateurs, heeft de naoorlogse samenleving getekend. Onder meer daardoor is, zeker in Vlaanderen, het verhaal van de weerstand minder bekend. Onterecht, zoals blijkt uit de pakkende getuigenissen in Kinderen van het verzet.
De afleveringen zijn in België online op canvas.be te bekijken.
Het boek Kinderen van het verzet werd samengesteld door Piet Boncquet en verscheen in samenwerking met Canvas. Piet Boncquet (1958) is historicus en archeoloog. Hij was jarenlang journalist bij de kranten Het Nieuwsblad en De Tijd. Sinds 2013 is hij freelance journalist en redacteur en schreef hij onder meer Lief en leed. Prostitutie tijdens de Eerste Wereldoorlog en Het Laatste Avondmaal naar Leonardo da Vinci. Een wonderlijke geschiedenis.
Aantal interviews: 20
Bronmateriaal: VRT archief op locatie te bekijken
Toegankelijkheid: op afspraak via vrtarchief@vrt.be
Voorwaarden: zie website
Metadata te raadplegen via meemoo: hetarchief.be
Twintig getuigen doen hun verhaal: 13 mannen en 7 vrouwen die behoren tot drie generaties. Ze komen uit Italië, Griekenland, Spanje, Marokko en Turkije en vertegenwoordigen daarmee de landen die, tussen de Tweede Wereldoorlog en de migratiestop van 1974, het grootste aantal arbeidsmigranten hebben geleverd aan de Belgische economie.
Zij of hun (groot)ouders kwamen naar België uit economische noodzaak, om aan politieke onderdrukking te ontsnappen, of zelfs gewoon voor het avontuur. Het waren mijnwerkers, fabrieksarbeiders, huispersoneel. Hun kinderen zijn arbeiders, ondernemers, maatschappelijk werkers, een taxichauffeur en een schooldirecteur. De makers hebben gezocht naar zoveel mogelijk variatie… en toch blijken al deze mensen een bijzonder groot aantal ervaringen te delen.
Zesdelige documentairereeks die het verhaal vertelt van de arbeidsmigratie naar België sinds de Tweede Wereldoorlog.
Aantal interviews: 20
Bronmateriaal: VRT archief op locatie te bekijken
Toegankelijkheid: op afspraak via vrtarchief@vrt.be
Voorwaarden: zie website
Metadata te raadplegen via meemoo: hetarchief.be
In 1960 werd Congo na een korte politieke strijd onafhankelijk. Het was voor België het einde van meer dan 75 jaar aanwezigheid in het Midden-Afrikaanse land. Voor de zesdelige reeks Kinderen van de kolonie zijn twintig getuigen geinterviewd over die periode.
Voor het eerst laat de Vlaamse televisie daarbij ook de Congolese stem uitgebreid aan het woord, altijd met aandacht voor de relevantie vandaag.
In 1960 werd Congo na een korte politieke strijd onafhankelijk. Het was voor België het einde van meer dan 75 jaar aanwezigheid in het Midden-Afrikaanse land. In de zesdelige reeks Kinderen van de kolonie blikken twintig getuigen terug op die periode en op de manier waarop de koloniale erfenis hun leven in heeft bepaald. Voor het eerst laat de Vlaamse televisie daarbij ook de Congolese stem uitgebreid aan het woord, altijd met aandacht voor de relevantie vandaag.
Mensen die het van nabij hebben meegemaakt vertellen over koloniaal en postkoloniaal Congo. In de zesde aflevering gaan zes Congo-experten dieper in op de postkoloniale beeldvorming en ontrafelen ze waarheid en mythes over Belgisch-Congo.
De afleveringen zijn in België online op canvas.be te bekijken.
Canvas presenteert: Kinderen van de kolonie
Periode: +/- 1900 tot 2023
Interviewperiode: 1988 tot 2023
Aantal interviews: > 70
Toegankelijkheid: Op aanvraag in de lokalen van “Heemkring Landrada” en in het tijdschrift “Tesi Samanunga” met goedkeurig bestuur Heemkring Landrada.
Transcripties: gedeeltelijk (in het Nederlands / Vlaams (en dialect)
Drager: aantal interviews op CD – meeste op cassetteband en videoband
Samenvattingen: Tijdschrift ‘Tesi Samanunga”
De woorden “Tesi Samanunga” betekenen letterlijk “deze gemeenschap” en zijn ontleend aan een tweeregelig vers dat is terug te vinden in het evangeliarium (evangelieboek) van Munsterbilzen daterend van de negende eeuw. Dit evangeliarium wordt thans bewaard in de bibliotheek der Bollandisten te Brussel onder nr. 299.
Van de twee vernoemde regels is één zinnetje in het Oudnederlands gesteld en het andere in het Latijn en luidt als volgt:
“Tesi Samanunga vvas edele unde scona”
“& omnium virtutum pleniter plena”
Omdat dit zinnetje het oudste juist dateerbare (1130) overblijfsel is van het Nederlands, zijn wij als heemkundige kring bijzonder fier dat we ons tijdschrift onder die naam konden uitgeven.
In dit tijdschrift staan regelmatig uitgewerkte interviews die door de Heemkring in de afgelopen 30 jaar zijn afgenomen.