menu
Geef een of meerdere zoektermen op.
Gebruik dubbele aanhalingstekens om in de exacte woordvolgorde te zoeken.

Johan Hendrik van Zweden, kunst en verzet

Gemeentemuseum Arnhem
 
Tijdsaanduiding: 1939-1945
Aantal interviews: 2 (1 persoon)
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: nee
Periode interviews: 10 en 12 november 1970
Opmerkingen:

De collectie is nog niet gedigitaliseerd en daarom niet direct in te zien bij Beeld & Geluid. Digitalisering kan wel worden aangevraagd bij Beeld & Geluid via: zakelijk@beeldengeluid.nl

Drager: 1 geluidsband

Titel: Johan Hendrik van Zweden: leven en werken

Auteurs: F. van Dijk, C. Hofstreenge, H.C. Scheerder, T. Wibaut-Guilonard en H.J.W. Drijvers

Uitgever: Groningen: Benjamin & Partners, 1996

IBSN: 9054770163

De toenmalige directeur van het Arnhemse Gemeentemuseum Pierre Jansen (1926-2007) interviewde in 1970 de schilder-beeldhouwer Johan Hendrik van Zweden (1896-1975) aan de vooravond van een overzichtstentoonstelling van diens werk in Arnhem, ter gelegenheid van zijn 75ste verjaardag. Van Zweden was een leerling van Jan Altink en Jan Wiegers, die samen De Ploeg oprichtten en daarmee het Duitse expressionisme in Nederland introduceerden. Van Zweden was ook lid van de Groningse kunstenaarskring. In zijn Groninger jaren werden vele portretten gemaakt van Van Zweden (bijgenaamd “Shanghai Bobby” vanwege zijn Aziatische trekken) door de Ploegleden, waaruit persoonlijke vriendschap en sympathie bleek. Tijdens de Tweede Wereldoorlog sloot hij zich aan bij het kunstenaarsverzet, maar hij werd spoedig opgepakt en gevangengezet in Kamp Vught.

 

In het interview wordt onder meer ingegaan op Van Zwedens verzetsactiviteiten ten tijde vand de Duitse bezetting en zijn verblijf in het concentratiekamp Vught, waarheen hij in 1943 na zijn arrestatie was overgebracht. Daar kon hij met medeweten van de kampcommandant een eigen atelier opzetten. Na diens vertrek was hij werkzaam in de tekenkamer van de Philipswerkplaats Vught. In het kamp maakte hij onder andere portretten van zijn medegevangenen.

 

In mei 1944 werd hij gedeporteerd naar concentratiekamp Dachau, waaruit hij in april 1945 werd bevrijd. Na de oorlog werd hij door Mart Stam, als vervanger voor de omgekomen beeldhouwer Frits van Hall, aangesteld als docent aan het Instituut voor Kunstnijverheidsonderwijs (de latere Gerrit Rietveld Academie) in Amsterdam.

 

Leven met oorlogservaringen

Smolinski Foundation
 
Tijdsaanduiding: 1940-1945
Aantal interviews: 192
Toegankelijkheid: beperkt openbaar
Periode interviews: 2019-heden
 

Herman Teerhöfer is er in geslaagd een groot aantal overlevenden te interviewen, uitgaande van hun levensverhaal, over hun persoonlijke ervaring en beleving van de gebeurtenissen en omstandigheden van voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog.

De indringende verhalen zijn vastgelegd bij de mensen thuis, in beeld en geluid. Alle geïnterviewden geven in het interview ook een boodschap voor toekomstige generaties.

 

Centrale vragen in de interviews zijn:

  • Hoe hebben zij kunnen overleven en waar hebben zij kracht uit geput?
  • Waar hebben zij mentale steun uit geput? Wat was hun houvast?
  • Hoe hebben zij ondanks vele verlieservaringen en trauma’s zin gegeven aan hun leven na de oorlog?
  • Hoe hebben zij antisemitisme voorafgaand aan en na afloop van de Tweede Wereldoorlog ervaren?
  • Welke boodschap hebben zij voor de toekomstige generaties in verband met verdraagzaamheid en tolerantie?

 

Van de getuigenissen en verhalen gaat de waarschuwing uit “Nooit meer oorlog” en zij roepen tegelijkertijd op om de vrijheid, die we nu genieten, te koesteren en te vieren.

 

Breed inzetbare interviews
In de loop der jaren is een grote verzameling interviews vervaardigd. De onderwerpen beslaan een breed palet van aspecten van de Tweede Wereldoorlog, door de diverse achtergrond en omgeving waarin de geïnterviewden verkeerden.

 

Smolinski Foundation wil een grote verzameling interviews ontsluiten op een manier die geschikt is om te gebruiken tijdens lessen op scholen en presentaties voor culturele en maatschappelijke organisaties. Daarnaast wordt gewerkt aan digitaal, interactief lesmateriaal. Ook kunnen interviewfragmenten worden gebruikt in museale presentaties.

 

Overzicht van de beschikbare interviews

  • 84 levensverhalen van Auschwitz-overlevenden:
    • 20 geïnterviewden zijn vanuit Kamp Vught gedeporteerd naar Auschwitz
    • 28 geïnterviewden zijn vanuit Kamp Westerbork gedeporteerd naar Auschwitz
    • 36 geïnterviewden zijn vanuit andere kampen en getto’s buiten Nederland gedeporteerd naar Auschwitz
  • 25 levensverhalen van joodse mensen die in de onderduik tijdens de Tweede Wereldoorlog wisten te overleven
  • 11 levensverhalen van mensen die in de Tweede Wereldoorlog deelgenomen hebben aan het joods verzet
  • 8 levensverhalen van overlevenden van Westerbork en Bergen-Belsen
  • 3 levensverhalen van overlevenden van alleen Westerbork
  • 1 levensverhaal van een overlevende van o.a. Kamp Amersfoort
  • 10 levensverhalen van overlevenden van Jappenkampen in voormalig Nederlands-Indië
  • 2 levensverhalen van mensen die in de Tweede Wereldoorlog kind waren van NSB-ouders
  • 8 levensverhalen van verzetsmensen en oud-politiek gevangenen van Kamp Vught
  • 20 levensverhalen van mensen die de Tweede Wereldoorlog hebben overleefd en die bijvoorbeeld getuige waren van een bombardement (Nijmegen, Tilburg of Rotterdam), of de hongerwinter hebben meegemaakt, of zich bij de bevrijding hebben aangesloten bij de geallieerden, of andere getuigenissen van de Tweede Wereldoorlog in Nederland
  • 10 levensverhalen van mensen die getuige zijn geweest van de Jodenvervolging in bijvoorbeeld Amsterdam, Leiden en Tilburg, mensen die in de Tweede Wereldoorlog getuige zijn geweest van gevangenen die in Kamp Amersfoort of kamp Vught te werk gesteld werden buiten het kamp. Deze mensen woonden ten tijde van de oorlog in de directe omgeving van Kamp Amersfoort of van Kamp Vught.
  • 10 levensverhalen van mensen die Anne Frank voor en/of tijdens de oorlog in Amsterdam en/of in Westerbork, Auschwitz-Birkenau en/of Bergen-Belsen meegemaakt hebben. Zij waren klasgenoot of hartsvriendin van Anne Frank in Amsterdam, of zij waren medegevangene in Westerbork, Auschwitz-Birkenau en/of Bergen-Belsen.

 

Vrouwenconcentratiekamp

Stichting Film en Wetenschap
 
Tijdsaanduiding: 1940-1945
Aantal interviews: 7 (2 personen)
Toegankelijkheid: gedeeltelijk
Transcripties: nee
Periode interviews: 1982
Opmerkingen:

Interviews zijn gedeeltelijk gedigitaliseerd in DAAN, met zoekterm “Tineke Wibaut” vind je 14 items, waarvan de eerste drie interviews met Tineke Wibaut zijn.

Drager: 6 geluidsbanden + 2 cassettebanden
 

Tineke Wibaut-Guilonard is in de oorlog lid geweest van de Amsterdamse verzetsgroep CS-6. Deze groep heeft meerdere liquidaties uitgevoerd, waarvan die op H.A. Seyffardt, generaal in het Nederlands Vrijwilligers Leigioen, de meest bekende is. Eerst wist Tineke te ontsnappen aan arrestatie, maar in tweede instantie kwam zij met haar verzetsgroep door verraad terecht in kamp Vught. Tineke Wibaut werd daar tewerkgesteld in het ‘Philips-Kommando’, waar zij radiobuizen leerde maken. Dit heeft haar lang behoed voor deportatie naar de Oost-Europese concentratiekampen. In 1944 werd zij afgevoerd naar kamp Ravensbrück, maar vandaar uit werden de vrouwen met de technische vaardigheden die ze bij Philips had opgedaan, doorgestuurd naar kamp Reichenbach in Polen, onderdeel van Gross Rosen. Daar werd zij op ‘Todesmarsch’ gezet en na veel ontbering en omzwervingen in Salzwedel (Duitsland) bevrijd door de Amerikanen. Na de oorlog heeft ze veel bijgedragen aan de herdenking van de Tweede Wereldoorlog.

 

De gesprekken met Tineke Wibaut (1922-1996, schoondochter van de bekende Amsterdamse wethouder Wibaut) en mw. Wijnalda concentreren zich rond hun ervaringen in het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog en hun daaropvolgende internering in kamp Vught en het vrouwenconcentratiekamp Ravensbrück. Zij spreken onder meer over het werk dat zij in Vught voor Philips verrichtten en in Ravenbrück voor het Duitse elektronicaconcern Telefunken. 

 

Geïnterviewde(n): mw. V.E. Wibaut-Guilonard (4x), mw. Wijnalda (3x)

 

Philips-commando

Stichting Film en Wetenschap
 
Tijdsaanduiding: 1940-1945
Aantal interviews: 3 (6 personen)
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: Gedeeltelijk
Periode interviews: 1971 - 1974
Opmerkingen:

De collectie is nog niet gedigitaliseerd en daarom niet direct in te zien bij Beeld & Geluid. Digitalisering kan wel worden aangevraagd bij Beeld & Geluid via: zakelijk@beeldengeluid.nl 

Drager: 7 geluidsbanden
 

Dr. E.J.W. Verwey, curator van de RUU, nam het initiatief tot een onderzoek naar het Philips-commando in het concentratiekamp Vught, na een reünie van personen die erbij betrokken waren geweest. Verwey had zelf ook in het kamp gezeten. Via prof. von der Dunk werd student W. Velema bereid gevonden het onderzoek uit te voeren en een doctoraalscriptie over het onderwerp te schrijven.

 

Braakman, Laman Trip, Peeters en De Wit worden tezamen geïnterviewd. Zij waren indertijd bij de leiding van het Commando betrokken en hadden zo met de dagelijkse praktijk van ‘Vught’ te maken. Met Philips en Rathenau wordt tevens meer algemeen gesproken over het Philipsconcern in de periode 1940-45. F. Philips, ten tijde van het gesprek president van de Raad van Bestuur van de NV Philips, was toen directeur van de Philips-fabrieken in Eindhoven. Rathenau was onder meer betrokken bij de joodse (SOBU) werkplaats van Philips. Op het moment dat het gesprek plaatsvond was hij bijzonder hoogleraar wiskunde en natuurkunde aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam.

 

Retourtje Sachsenhausen

Stichting Nationaal Monument Kamp Vught
 
Tijdsaanduiding: 1940-1945
Aantal interviews: 11
Toegankelijkheid: online beschikbaar
Transcripties: samenvattingen
 

Hoewel er gedurende de hele bezettingstijd gevangenen vanuit concentratiekamp Vught naar concentratiekamp Sachsenhausen werden afgevoerd, zijn de treinen die op 5 en 6 september 1944 vertrokken het meest berucht. Zo’n drieduizend mannen werden toen gedeporteerd, slechts de helft van hen keerde terug.

 

Met een aantal overlevenden van deze transporten zijn in 2008 interviews gehouden over hun oorlogservaringen. De geïnterviewden gaan in op de verschillen tussen het Nederlandse en het Duitse concentratiekamp, de dwangarbeid die zij moesten verrichten, hun overlevingsstrategieën en op  de gevolgen van het kampverleden voor hun leven na de oorlog.

 

De interviews met de kampoverlevenden maken deel uit van een project dat door de gemeente Vught, het Vughts Historisch Museum en het Nationaal Monument Kamp Vught is opgezet. In het kader daarvan is onder meer de documentaire ‘Retourtje Sachsenhausen’ gemaakt waarin oud-gevangene Jan van den Ende (interview 04) de reis per trein nogmaals maakt, vergezeld door scholiere Danni Reches die hem over zijn gevangenschap vragen stelt.

Duitse burgers in Kamp Vught

Getuigenverhalen
 
Tijdsaanduiding: 1944-1945
Aantal interviews: 9
Toegankelijkheid: Openbaar
Transcripties: Onbekend
Periode interviews: 2008
Opmerkingen:

Collectie:

GETUIGENVERHALEN.NL

Realisatie Project:

STICHTING NATIONAAL MONUMENT KAMP VUGHT

Thematische Collectie:

Dans

Drager: Onbekend
 

In september 1944 werd het SS-concentratiekamp Vught ontruimd. Na de aankomst van de geallieerden kreeg het terrein vrijwel direct een nieuwe bestemming. Het geallieerde leger nam delen van het complex in gebruik en bovendien werden in het kamp duizenden van collaboratie met de Duitse bezetter verdachte Nederlanders geïnterneerd. Minder bekend is dat deze geïnterneerden spoedig gezelschap kregen van duizenden geëvacueerde Duitse burgers.

 

In het kader van dit interviewproject zijn negen  vraaggesprekken gevoerd met Duitse burgers, die tussen november 1944 en mei 1945 gedwongen verbleven in het voormalige concentratiekamp Vught. Hun ervaringen werpen licht op een nog onbekend aspect van de naoorlogse geschiedenis van het kamp. In het bijzonder wordt uit de interviews veel duidelijk over de omgang van Canadese troepen met de gevangenen. Ook komt de verstandhouding tussen de Nederlandse collaborateurs en de geïnterneerde Duitse burgers aan de orde. Hoe hebben de Duitse burgergevangenen het ervaren om met Nederlandse collaborateurs opgesloten te zitten in één kamp? Hoe verliep het contact tussen beide groepen? De verklaringen van de Duitse burgers laten ook zien hoe direct na de oorlog in Nederland werd omgegaan met begrippen als ‘goed’ en ‘fout’.

 

De in Vught verblijvende Duitse burgers waren afkomstig uit het ‘Selfkantgebiet’, ten oosten van Sittard. In september 1944 was deze streek frontgebied en de rond 6000 bewoners moesten twee maanden later op last van de Britse legerleiding naar kamp Vught overgebracht. Wie achterbleef en werd ontdekt, zou worden doodgeschoten. De Duitse burgers werden overgebracht naar Vught, waar ook duizenden Nederlandse collaborateurs geïnterneerd waren en bovendien Canadese troepen gelegerd waren.

Burgerarbeiders in kamp Vught

Getuigenverhalen
 
Tijdsaanduiding: 1942-1944
Aantal interviews: 10
Toegankelijkheid: Beperkt Openbaar
Transcripties: Onbekend
Periode interviews: 2010
Opmerkingen:

Collectie:

GETUIGENVERHALEN.NL

Realisatie Collectie:

Stichting Nationaal Monument Kamp Vught

Thematische Collectie:

DANS

Drager: Onbekend
 

Kamp Vught was tijdens de Tweede Wereldoorlog het enige SS-concentratiekamp ten westen van de Duitse rijksgrens. Vanaf de eerste werkzaamheden voor de bouw van het kamp, medio 1942, tot aan de ontruiming van het kamp in september 1944, zijn uiteenlopende groepen arbeiders betrokken geweest bij dit kamp. Daarnaast werden omwonenden van het ene op het andere moment geconfronteerd met een instrument van vervolging en terreur. Menigeen werd geraakt door het lot van de gevangenen, probeerde te helpen, maar belandde uiteindelijk zelf achter het prikkeldraad. De verhalen van de omwonenden zijn nog maar in zeer beperkte mate tot de geschiedschrijving doorgedrongen. Evenmin is voldoende aandacht besteed aan de ‘vrijwillige’ arbeid door de burger-arbeiders.

 

In het kader van dit oral history-project zijn acht getuigenissen van Nederlandse burger-arbeiders en omwonenden vastgelegd. Aandacht voor deze vrijwel vergeten groepen betekent ook een interessante inkijk in het gedrag en de dilemma’s waarvoor zij kwamen te staan, de keuzes die werden gemaakt en de consequenties daarvan. Deze groepen ‘omstanders’ krijgen door middel van de interviews een scherper profiel.

 

In 1942 werd begonnen met de bouw van Konzentrationslager Herzogenbusch, zoals Kamp Vught officieel heette. Toen de eerste uitgehongerde en afgebeulde gevangenen in januari 1943 uit kamp Amersfoort aankwamen, was Vught nog niet gereed. De gevangenen moesten het kamp zelf afbouwen. De miserabele omstandigheden kostten in de eerste maanden al enige honderden mensen het leven. In totaal werden ruim 31.000 mensen tussen januari 1943 en september 1944 korte of langere tijd opgesloten in het kamp. Behalve 12.000 Joden zaten in Vught ook politieke gevangenen, verzetsstrijders, Jehovah’s Getuigen, studenten, zwarthandelaren en illegale slachters, criminelen en gijzelaars. Van hen vonden meer dan 750 kinderen, vrouwen en mannen in het kamp de dood door honger, ziekte en mishandeling.

Joodse kinderen in kamp Vught

Een van de meest tragische gebeurtenissen uit de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog in Nederland.

Huffener, M.C.C.
 
Tijdsaanduiding: 1938-1946
Aantal interviews: 8
Toegankelijkheid: beperkt openbaar

joodsekindereninkampvught.nl

 

 

Huffener, kand. M.C.C. (2003): Thematische collectie: Kindertransporten ‘Joodse kinderen in kamp Vught’ – Interviews (2003) en documentaires (2007). 

Een van de meest tragische gebeurtenissen uit de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog in Nederland. Op 6 en 7 juni 1943 vertrokken twee treinen met Joodse kinderen uit kamp Vught. Alle kinderen onder de 16 moesten weg, hun moeders mochten mee. Er werd gezegd dat ze naar een speciaal kinderkamp in de buurt zouden gaan. Maar de treinen gingen naar het doorgangskamp Westerbork. En vervolgens naar Sobibor in Polen. De bijna 1300 Joodse kinderen werden hier vrijwel direct na aankomst om het leven gebracht.