menu

Militair Gezag

Historisch Geluidsarchief RUU / R. de Koeyer, J. Rijken
 
Tijdsaanduiding: 1944-1945
Aantal interviews: 3
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: nee
Periode interviews: 1970

Drager: 4 geluidsbanden

Zeeuws archief

 

Filmbeelden van de verwoesting van Zeeuws-Vlaanderen (1944 sep.-okt.), de bevrijding van Middelburg (1944 nov.) en de verwoesting van Koewacht door een V1 (1945 mrt), 1944-1945. 

De interviews zijn gemaakt t.b.v. de doctoraalscriptie geschiedenis (RUU) van R. de Koeyer onder de (vermoedelijke) titel Het Militair Gezag in Zeeuws-Vlaanderen.
P. de Bruyne was in 1944-45 Eerste toegevoegd officier Militair Gezag in Zeeuws-Vlaanderen

W. de Kok was in 1944-45 op last van het MG geïnterneerd op beschuldiging van sympathiseren met de NSB

C.W. Slot (vice-admiraal b.d.) bekleedde bij het MG de functie van provinciaal commissaris van Zeeland.

 

Geïnterviewden:

  • P. de Bruyne
  • W. de Kok
  • C.W. Slot

Illegaliteit

Historisch Geluidsarchief RUU / R.L. Schuursma. P. Verhoeven
 
Tijdsaanduiding: 1940-1945
Aantal interviews: 3
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: samenvatting
Periode interviews: 1967

Drager: 8 geluidsbanden
 

Geïnterviewden:

  • J.M. van Ameijde
  • H.A. Das
  • S.S.P. de Man

 

Interviewer: R.L. Schuursma, P. Verhoeven

 

Voor meer informatie over de interviews en de geïnterviewden, zie: Stichting Film en Wetenschap (SFW) werkuitgave no. 8 (1995), pp. 1, 10, 32.

Rooms-katholicisme

Verkiezingsbord voor KVP in 1963
Historisch Geluidsarchief RUU / Albert Brouwers
 
Tijdsaanduiding: 1948-1972
Aantal interviews: 2
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: nee
Periode interviews: 1985

Opmerkingen:

De collectie is nog niet gedigitaliseerd en daarom niet direct in te zien bij Beeld & Geluid. Digitalisering kan wel worden aangevraagd via Beeld & Geluid.

 

In DAAN, het digitale archief van Beeld & Geluid is wel het volgende item te vinden:

  • Marga Klompé, Portret van Marga Klompé, ex-minister van CRM. Interviews met haar en diverse archiefbeelden m.b.t. haar politieke carrière. Uitgezonden 06-05-1984 bij de KRO
Drager: 1 geluidsband
 

De interviews met Marga Klompé (1912-1986) en Joseph Luns (geb. 1911) zijn gehouden ten behoeve van een doctoraalscriptie geschiedenis (RUU) m.b.t. rooms-katholicisme en KVP-politiek in Nederland. Klompé werd eind jaren veertig lid van de Tweede Kamer voor de KVP en bekleedde daarnaast verscheidene internationale functies. In de jaren vijftig en zestig was zij minister – de eerste vrouwelijke in Nederland – van Maatschappelijk Werk, respectievelijk CRM in verscheidene kabinetten. Later ontplooide zij vele activiteiten de kerkelijke vredesbewegingen. De KVP-er Luns bekleedde vanaf 1956 tot en met 1971 onafgebroken het ministerschap voor Buitenlandse Zaken. In 1972 werd hij secretaris-generaal van de NAVO. Kort daarop trad hij uit de KVP.

Spaanse Burgeroorlog

Stichting Film en Wetenschap / Djoeke Veeninga
 
Tijdsaanduiding: 1936-1939
Aantal interviews: 3
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: nee
Periode interviews: 1979

Drager: 2 geluidsbanden
 

Het betreft hier drie interviews met betrekking tot de Spaanse Burgeroorlog die Veeninga hield met de communistische oud-Spanjestrijder Van Poelgeest (geb. 1914), de sinds 1953 in Nederland woonachtige Spaanse letterkundige Carrasquer (geb. 1915) en de anarchist Constandse (1899-1985).

Ongeschoolde arbeid

Stichting Film en Wetenschap / Abram de Swaan
 
Aantal interviews: 6
Toegankelijkheid: beperkt
Transcripties: ja
Periode interviews: 1971
Drager: 29 geluidsbanden
 

De interviews zijn gemaakt t.b.v. de VARA-televisieproduktie Een boterham met tevredenheid (55′) van Abram de Swaan en Paul van den Bos, uitgezonden op 1 mei 1971.

Aan de context van de film en de totstandkoming van de interviews werd onder meer aandacht besteed in Vrije Geluiden. VPRO programmablad voor tv en radio, nr. 18, 1-8 mei 1971. 
De geïnterviewden praten over hun (geoefende of ongeschoolde) werk en eventuele eerdere beroepen of werkkringen.

Boon is metaalarbeider (plaatperser) bij DAF; Ten Dolle is textielarbeider (strekker) bij de Enka in Emmen; Hilkhuyzen is ponstypiste op het computercentrum van een verzekeringsmaatschappij; Mathijsen – niet in de documentaire opgenomen – is metaalarbeider bij Tomado; Oussoren is kabelvlechter bij de Draka; Spoelstra is koekjesinpakster bij Albert Heijn. Het interview met Hilkhuyzen is door Langebach afgenomen.

Geïnterviewden:

  • M.H. Boon
  • G.J. ten Dolle
  • mw. W. Hilkhuyzen
  • dhr. Mathijsen
  • A.R. Oussoren
  • mw. Spoelstra-Leendert

 

Interviewer(s): Bram de Swaan, Laurie Langebach

 

De Swaan publiceerde de interviews in verkorte vorm in zijn boek Een boterham
met tevredenheid. Gesprekken met arbeiders, Amsterdam:
Van Gennep, 1972.

 

 

 

Drugsgebruik

Stichting Film en Wetenschap / René Swetter
 
Aantal interviews: 6
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: ja
Periode interviews: 1971

Drager: 7 geluidsbanden
 

De interviews zijn gehouden ten behoeve van en verwerkt in de film Drugs, stuff tot nadenken (René Swetter, SFW 1972).

Vijf interviews betreffen gebruikers van softdrugs en (ex-)verslaafden van harddrugs. De ervaringen van de personen variëren van tweemaal
ooit een stickie gerookt tot twaalf jaar opiumverslaving. Eén interview betreft de echtgenote van een (ex-) opiumverslaafde.

 

Drugs, stuff tot nadenken gemaakt op initiatief van de Amsterdamse psychiater Peter Geerlings.
Allerwege geconfronteerd met een grote vraag naar informatie over drugs achtte Geerlings het nodig een film toe te voegen aan het drug-informatie-pakket dat in ons land in omloop is (zoals een programma van de Kritische Filmers uit Breda, uitzendingen van verschillende omroepen en van de schooltelevisie en een reeks publikaties).
Geerlings stuitte vooral op informatiegebrek bij mensen die dagelijks omgaan met- jongeren op scholen, sociale academies, en vormings- en jongerencentra. De film: Drugs, stuff tot nadenken, is voornamelijk voor hen bedoeld. De makers van de film zullen echter ook gaan onderzoeken of het kijkerspubliek tot de jongeren zelf kan worden uitgebreid- „Het probleem daarbij is echter”, zegt regisseur René Swetter, „dat er nogal wat mensen zijn die vrezen dat de jongeren die informatie over drugs als reclame interpreteren.” Een vrees die ongegrond lijkt. Wanneer je kijkt en luistert naar de zeven jongeren die in de film vertellen over hun ervaring met drugs onderga Je geen reactie van: hé, ik moet ook zo nodig. Er is in de hele film maar één jongen (Jaap, 32, uitgever en ongehuwd zegt de toelichting) die het roken van hasjiesj goed kan integreren in zijn functie in het maatschappelijk leven. De andere geïnterviewden roken. als een reactie op hun omgeving en lijken er geen van allen echt gelukkig mee. De film creëert daardoor een wat vertekend beeld van het druggebruik in Nederland. Immers Leuw heeft dat met zijn onderzoek onder scholieren nog eens bevestigd: de meeste gebruikers houden het bij wat Incidentele experimenten met cannabis.

 

 

DRUGS, STUFF TOT NADENKEN, René Swetter, 1972

 

DRUGS, STUFF TOT NADENKEN (korte versie), René Swetter, 1975

link naar archief

Discussiefilm (korte versie) waarin de taboedoorbreking rondom drugsgebruik voorop staat.
Na beelden van genotmiddelen waarvan het gebruik in het sociale leven is geïntegreerd, zoals alcohol, tabak, kalmerende en stimulerende middelen volgen fragmenten met straatinterviews over drugsgebruik. Vervolgens interviews met gebruikers van soft- en harddrugs.

Diergeneeskunde

Stichting Film en Wetenschap
 
Aantal interviews: 3
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: Beijers geen; Seekles volledig; Ten Thije inhoudsopgave
Periode interviews: 1970

Drager: 7 geluidsbanden
 

De interviews zijn gehouden ten behoeve van de historische studie door C. Offringa, Van Gildestein naar Uithof

 

Voor meer informatie over de interviews en de geïnterviewden, zie: SFW werkuitgave no. 8 (1995), pp. 5, 38, 44.

 

Geïnterviewden:

  • Prof. dr. J.A. Beijers
  • prof. dr. L. Seekles
  • prof. J.H. ten Thije

 

Interviewers: S.R. Numans, R.L. Schuursma

Van Gildestein naar Uithof : 150 jaar diergeneeskundig onderwijs in Utrecht

Hoofdauteur: C. Offringa

Utrecht : Faculteit der Diergeneeskunde R.U. Utrecht, 1971-1981. – 2 dl

 

Het eerste deel, dat in 1972 als proefschrift verscheen, onder de titel: ‘s Rijks veeartsenijschool.  Veeartsenijkundige Hoogeschool 1821-1925.
De bijeengebrachte stof in deze twee delen is een bron van informatie vormen voor verschillende groepen historici. De inhoud is meer dan een dorre opsomming van feiten, meer dan een bundeling van jaarverslagen of gegevens uit almanakken. De tekst is bovendien goed gedocumenteerd. De inhoud van de stof heeft de auteur voor problemen gesteld, hetgeen niemand zal verwonderen die probeert een overzicht te geven van ‘moderne’ ontwikkelingen in de instituten van onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, en bovendien deze tracht te plaatsen in de sociale en politieke omstandigheden van de periode. Vandaar dat de auteur zich van hulptroepen heeft verzekerd, voor een belangrijk deel oud-hoogleraren, die in de periode nog actief zijn geweest.

Triofilm

Collectie voormalige Stichting Film en Wetenschap
 
Tijdsaanduiding: 1948-1960
Aantal interviews: 3
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: ja
Periode interviews: 1993-1994

Opmerkingen:

De collectie is nog niet gedigitaliseerd en daarom niet direct in te zien bij Beeld & Geluid. Digitalisering kan wel worden aangevraagd via Beeld & Geluid.

Drager: 3 cassettebanden
 

De interviews zijn gemaakt t.b.v. Brouwers’ en Hogenkamps filmografie Triofilm 1946-1978. Filmproduktiebedrijf en laboratorium, Amsterdam: Stichting Film en Wetenschap (SFW-werkuitgave no.4), 1994.

 

De geïnterviewden spreken over de tijd dat zij bij het in 1946 door Jo de Haas, Theo Cornelissen en Paul A.J. Wijnhoff opgerichte filmproduktiebedrijf en -laboratorium Triofilm werkten.

Herman Greven (geb. 1933) was vanaf 1948 als laborant werkzaam bij Triofilm, voordat hij in 1953 naar de
Cinetone-studio’s ging, om nog weer later emplooi te vinden in het filmbeheer bij het Nederlands Filmmuseum (NFM).

Peter Jonen (geb. 1927) was, na jaren Polygoon, van 1953 tot 1960 als laborant bij Triofilm in dienst. Via verscheidene andere produktiemaatschappijen, waaronder Joop Geesink, kwam hij uiteindelijk in 1971 als cutter bij de Utrechtse Stichting Film en Wetenschap (SFW) terecht.

Piet van Strien (geb. 1929) begon in 1948 bij Triofilm als manusje van alles, kwam echter al snel in het laboratorium te werken en hanteerde vanaf 1953 (Watersnoodramp) de camera. In 1959 verliet hij het bedrijf en ging als free-lance filmer verder, o.a. voor het Britse Visnews.

 

Geïnterviewden:

  • Herman Greven
  • Peter Jonen
  • Piet van Strien

 

Multifilm

Stichting Film en Wetenschap / Jos Nap
 
Aantal interviews: 3
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: nee
Periode interviews: 1989-1990

 

De geïnterviewden spreken over de tijd dat zij bij de Haarlemse filmproduktiemaatschappij Multifilm werkten.

Bij het interview met Gerdes is op de achtergrond zijn vrouw aanwezig.
Van den Berg, opgeleid als juriste, kwam in januari 1939 bij Multifilm in dienst als secretaresse en procuratiehouder. Daarnaast deed zij ook wel ‘klusjes’ zoals printen en projecteren. Gerdes was cameraman en scenarist. Hij kwam in 1948 in vaste dienst, terwijl hij daarvoor al als free-lancer opdrachtfilms voor het Haarlemse bedrijf had gemaakt.

Rouw (geb. 1914), die naar eigen zeggen aanvankelijk scheepskok had willen worden, werd in 1929 als loopjongen door de oprichter van Multifilm J.C. Mol in dienst genomen. Hij ontwikkelde zich tot cameraman en laboratoriummedewerker.

Allen gingen in 1958 mee naar het voor de nog jonge televisie werkende produktiebedrijf Cinecentrum te Hilversum waarin zowel Multifilm als Polygoon en Profilti opgingen.

 

Geïnterviewden:

  • Zus van den Berg
  • Willem Gerdes
  • Tjerk Rouw

 

Werk en minima

Stichting Film en Wetenschap / Martin Schouten
 
Aantal interviews: 3
Toegankelijkheid: t.b.v. onderzoek
Transcripties: ja
Periode interviews: 1976-1977

Opmerkingen:

De collectie is nog niet gedigitaliseerd en daarom niet direct in te zien bij Beeld & Geluid. Digitalisering kan wel worden aangevraagd via Beeld & Geluid.

Drager: 2 geluidsbanden en 3 cassettebanden
 

In de interviews vertellen Smit en Twisk over hun werk en hun beleving daarvan. De gesprekken werden gehouden t.b.v. van een serie artikelen van Martin Schouten in de Haagse Post waarin mensen vertellen over hun arbeidsbeleving. Later zijn de meeste van deze stukken, in gewijzigde vorm, gebundeld in Schoutens boek Werk. Vijftig mensen over wat ze nou eigenlijk doen voor de kost en hoe ze daarover denken.

Overigens verschijnen verscheidene personen in het boek onder pseudoniem.

 

Jan Smit is huisschilder bij de Dienst Gebouwen van de Nederlandse Spoorwegen. Hij verhaalt op soms hilarische wijze van zijn ervaringen in het werk. Kees Twisk (74), gepensioneerd ‘greenkeeper’, vertelt over het onderhoud van de golfbanen in Zandvoort, wat hij zijn leven lang deed. Het interview met Faber werd niet direct in het kader van bovengenoemd onderwerp gehouden maar ten behoeve van een project over mensen die op het financiële minimum moeten leven. De resultaten hiervan zouden eveneens in een boek vervat worden.
Het is echter onduidelijk of dit ooit gerealiseerd is.

 

Geïnterviewden:

  • Jan Smit
  • Kees Twisk
  • dhr. Faber

Werk. Vijftig mensen over wat ze nou eigenlijk doen voor de kost en hoe ze daarover denken.

Martin Schouten

Amsterdam 1978, De Arbeiderspers, Interviewbundel.

ISBN: 9029544554

In Werk interviewt de Haagse Post journalist Martin Schouten 50 mensen over wat ze nou eigenlijk doen voor de kost en hoe ze daarover denken. Een jaar lang heeft Schouten geluisterd naar mensen die over hun werk vertelden: over vak, hun baas, hun collega’s, hun leven – wat ze zich van hadden voorgesteld en hoe het geworden is. Van de binnenschipper ( ‘de romantiek is er vanaf gevaren’) tot de makelaar (‘je privé leven raakt een beetje in het geding, drie jaar geleden ben ik gescheiden’). Hij heeft over een golfterrein gewandeld met de man die het gras groen moest houden (greenkeeper), heeft pils zitten hijsen met een postbode (‘ze denken wel eens dat het een of ander imbiciel beroepie is’) en is doorgezakt met de uitsmijter van een nachtcafé. Kortom: het alledaagse werkleven. Prachtig.