Aantal interviews: 122
ndl: 57
fra: 42
deu: 9
onbekend: 13
Transcripties: geen
Originele dragers: audiotapes, audiocassettes en minidisks
Huidige bestanden: mp3; wav; flac
Toegankelijkheid: in de leeszaal
Verplichte registratie als lezer van het Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën.
Gerlinda Swillen is licentiaat Germaanse talen en geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs (1964). In 2016 verdedigde ze aan de VUB een doctorsthesis over de oorlogskinderen. Van 2009 tot 2013 was ze woordvoerder van het internationaal netwerk BOW i.n. (Born Of War international network).
Mondelinge getuigenissen vormen een van de belangrijkste bronnen voor het onderzoek van Gerlinda Swillen over de oorlogskinderen. Sinds 2008 heeft ze tientallen getuigen geïnterviewd. De gedigitaliseerde interviews werden neergelegd bij het CegeSoma. De kinderen geboren uit een relatie van Belgische moeders met Duitse vaders werden in het Frans, Nederlands of Duits geïnterviewd. Dit geluidsarchief werd aangevuld met vele foto’s. Een groot aantal getuigen wil anoniem blijven en de opnames zijn dus nog niet vrij raadpleegbaar. Een specifieke toelating wordt verstrekt door de onderzoekster.
Dirk Martin studeerde geschiedenis aan de VUB waar hij een doctoraatsthesis over het lokale politieke personeel in het interbellum verdedigde. Hij was wetenschappelijk medewerker van het CegeSoma van 1979 tot 2016 waar hij verschillende functies uitoefende: hoofd van het Archief en van de sector Documentatie en directeur ad interim. Hij maakte ook deel uit van verschillende officiële en associatieve beheersorganen in de wetenschappelijke sector. Hij was o.a. secretaris van de groepering Documentatie van de Federale Wetenschappelijke Instellingen. Hij verliet het CegeSoma na er directeur te zijn geweest van september tot december 2016.
Dirk Martin werkte over verschillende onderzoeksthema’s zoals de Belgische buitenlandse politiek voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog, de gemeentepolitiek in het interbellum, de (Duitse) kultuurpolitiek tijdens de bezetting en meer in het algemeen de bronnen m.b.t. de geschiedenis van België tijdens de Tweede Wereldoorlog.
In de context van zijn onderzoek maakte hij tussen 1980 en 2001 een vijftigtal interviews, meestal in het Nederlands. Als thema’s komen o.a. collaboratie en verzet in bezet België aan bod. Verschillende interviews behandelen deze problematiek op lokaal vlak: Gent, Leuven, Antwerpen. Resultaat van zijn onderzoek waren o.a. enkele belangrijke werken als De Rijksuniversiteit Gent tijdens de bezetting 1940-1944. Leven met de vijand of ook Antwerpen tijdens de bezetting/ Anvers sous l’Occupation, 1940-1945.
Andere interviews van Dirk Martin behandelen cultuur en kunst tijdens de bezetting (dans, muziek, literatuur), de Belgen in Groot-Brittannië en de USA tijdens de Tweede Wereldoorlog, de propaganda en het Belgisch syndicalisme in het buitenland.
Antwerpen 1940-1945
Dirk Martin, Lieve Saerens
ISBN: 9789085422488
augustus 2011
Aantal interviews: > 1100
Aantal opnames: > 1200
Kazerne Dossin heeft de interviews gedigitaliseerd en omgezet naar MP4
De onderzoeksdossiers bestaan uit zowel papieren als digitale stukken, die door Kazerne Dossin werden samengevoegd in een digitaal bestand.
Onder de geïnterviewden zijn joodse kampoverlevenden, joodse en niet-joodse verzetsstrijders, politieke gevangenen, verborgen kinderen, verborgen volwassenen, gijzelaars, vluchtelingen, overlevenden van de Rwandese genocide, vrijwilligers van de Spaanse Burgeroorlog, antifascisten en kinderen van leden van deze groepen van getuigen. De meeste getuigen woonden tijdens en na de oorlog in België.
In 1987 begon Johannes Blum met het opnemen van getuigenissen van overlevenden van de Holocaust in België, vanaf 1993 maakte hij audiovisuele opnames. In de loop der jaren interviewde hij meer dan 1.100 personen, sommigen meerdere keren. Voor elk interview stelde Johannes Blum ook een onderzoeksdossier samen, met kopieën van documenten, krantenknipsels, foto’s van de getuige, (scans van) historische foto’s, geschreven getuigenissen, publicaties en overlijdensberichten. In 2003 nam Johannes Blum contact op met het Joods Museum van Deportatie en Verzet, de voorganger van Kazerne Dossin. Zijn collectie werd vervolgens overgebracht naar de archieven van het JMDR. Kazerne Dossin gaat verder met het digitaliseren van de opnames en de onderzoeksdossiers.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog verloren miljoenen mensen het leven in Duitse concentratiekampen. Er waren wel overlevenden, maar die sterven langzaamaan uit. Binnenkort zullen er geen mensen meer zijn die uit de eerste hand kunnen getuigen over de verschrikkingen van de kampen. Hun herinneringen – hoe gruwelijk ook – mogen nooit verdwijnen.
Er is een boek verschenen en een documentaire gemaakt
De vijfdelige documentaire van Luckas Vander Taelen noteert het verhaal van vijftien Vlaamse holocaust-overlevers en gevangen genomen verzetslieden.
De laatste getuigen is een vijfdelige documentaire die in 1991 door Luckas Vander Taelen werd gemaakt in opdracht van VTM. Het is een tijdloos document dat ook 20 jaar later nog niets aan kracht heeft ingeboet. In de reeks zien we hoe de cineast met veertien Belgische overlevenden terugkeert naar de concentratiekampen waar ze tijdens de Tweede Wereldoorlog werden vastgehouden. Zeven van hen zijn joden en de zeven anderen werden door de nazi’s en hun handlangers opgepakt en gedeporteerd omwille van hun politieke overtuigingen en verzetsdaden.
Luckas Vander Taelen sprak uitvoerig met die laatste getuigen van de nazigruwel, eerst hier in België en daarna tijdens een reis naar de kampen waar ze tijdens de oorlog maanden of jaren hadden gevangen gezeten. Zo keerden ze terug naar Dachau, Ravensbrück, Natzweiler, Mauthausen, Buchenwald, Gross-Rosen, Bergen-Belsen, Auschwitz-Birkenau en andere plaatsen.
Ze getuigen over hun ervaringen, vanaf het ogenblik dat ze werden opgepakt, hun deportatie, aankomst en leven in de kampen, en later hun bevrijding en thuiskomst in België. Het resultaat is een van de meest treffende en indringende documenten over deze vreselijke periode in de geschiedenis in ons land.
Tijdens de opnames kwam er nog een vijftiende getuige bij: de jood Samuel Hejblum werd op 5 augustus 1942 naar het kamp van Auschwitz-Birkenau afgevoerd. Daar werkte hij gedurende twee weken bij een speciaal commando dat dienst deed in de eerste gaskamers. Hij moest onder meer de lijken naar de crematoria dragen. Later moest hij ook de goederenwagons waarmee de Joden uit alle delen van Europa in Auschwitz werden aangevoerd, leegmaken en hun schamele bezittingen sorteren. Het is een unieke getuigenis van een van de weinige overlevenden van een Sondercommando.
Realisatie:
Willy Lindwer, AVA Productions BV
Tijdsbestek: 1939-1945
Locatie: Westerbork
Aantal interviews: 14
DANS: https://doi.org/10.17026/dans-z2v-f6ux
Is onderdeel van: Thematische collectie: Erfgoed van de Oorlog, Het Willy Lindwer Holocaust Video Archief
—Beschikbaarheid—
Het materiaal is nog niet beschikbaar via DANS. U kunt wel contact opnemen met Willy Lindwer zelf, contactgegevens staan op zijn website.
Kamp Westerbork in Oost-Nederland was het laatste station voor meer dan 100.000 Nederlandse joden die gedeporteerd werden naar de nazi vernietigingskampen. Ruim 80% van de Nederlandse joden werden gedeporteerd, het hoogste percentage in West-Europa. De emotie en tragiek van het verhaal wordt versterkt door de opmerkelijke foto’s en films van Rudolf Breslauer, kampfotograaf en filmer. Dit is de eerste documentaire film die ooit gemaakt is over dit nazidoorgangskamp in Nederland, met een grote reeks gesprekken met overlevenden die een belangrijke en prominente rol in het kamp speelden, zoals jeugdleiders, over het ziekenhuis, het religieuze leven, entertainment en andere elementen van het leven in het kamp. Onder de geïnterviewden bevindt zich de niet-Joodse Nederlander Adrianus van As, hoofd van het distributiekantoor in Kamp Westerbork.
Chanoekaviering in een barak in Westerbork, december 1943
Realisatie project:
Caleidoscoop Film (productie); P.M. (Pauline) van Vliet (interview), Caleidoscoop Film
Tijdsbestek: 1939-1945
Locatie: Bakkum, Castricum
Aantal interviews: 6 (in 8 delen)
Thematische collectie: Erfgoed van de Oorlog
DANS: https://doi.org/10.17026/dans-zv2-ym9b
Interviews te zien via:
Tijdens de Duitse bezetting waren het Castricumse duingebied en het dorp Bakkum tot Sperrgebiet verklaard en dus niet voor gewone burgers toegankelijk. Toch verbleven er wel degelijk Nederlanders in het gebied. Een aantal van hen werkte in het duingebied en ook waren er boeren en tuinders in het Noord-Hollandse Bakkum om voor de voedselvoorziening te zorgen. Aangezien in de duinen de Duitse verdedigingslinie werd opgetrokken – als onderdeel van de Atlantikwall – waren er veel Duitse soldaten in het gebied.
Aan de hand van zes interviews (2009) met voormalige duinwerkers en met een Duitse oud-militair die in het gebied gelegerd was, wordt licht geworpen op het samen leven en samen werken van Nederlanders en Duitsers in het Bakkumse duingebied. Welk beeld hadden beide partijen van elkaar? En hoe werd gedacht over ‘goed’ en ‘fout’?
Anders dan collaborateurs werkten de duinwerkers niet vrijwillig samen met de Duitsers. Doordat de duinwerkers gedwongen waren intensief met de bezetter samen te leven, werden zij meer dan de meeste andere Nederlands gedwongen hun houding ten opzichte van de bezetter te bepalen. Uit de interviews blijkt dat gewone burgers in de dagelijkse omgang met de Duitsers met tal van morele dilemma’s werden geconfronteerd. Duinwerkers en andere Nederlanders die in het gebied werkten, kregen zowel te maken met de vriendelijke als de wrede kanten van de Duitse militairen.