18.000 doden. Zoveel slachtoffers eisten de duizenden V1’s en V2’s die de Duitsers op België en Engeland lanceerden. Meer dan 8000 dodelijke slachtoffers in ons land. Daarboven kwamen de meer dan 20.000 gevangenen die in het onderaardse concentratiekamp Dora omkwamen, waar de V-wapens werden gefabriceerd. Elke dag angst, hun verhaal en dat van de getuigen die het wel overleefden vertellen.
Enkele jaren geleden begon Pieter Serriens zoektocht naar getuigenissen over de V-terreur op België. Hij luisterde naar honderden beklijvende verhalen over een leven in constante angst. Tijdens het schrijven kwamen daar nog tientallen getuigen bij: de kampgevangenen van Dora die na de oorlog de moed vonden om hun ervaringen neer te pennen, de geallieerde soldaten die zich de moeilijke tijd in het voor hen verre België herinneren en de Duitse daders die het taboe doorbraken en ook hun verhaal deelden. Vooral die laatsten waren voor Pieter Serrien belangrijk: ook de personen aan het woord laten die de V1’s en de V2’s lanceerden. Enkel zo kon hij een zo volledig mogelijk beeld schetsen van de V-terreur.
Antwerpen en Luik
In totaal vielen er naar schatting 9000 V’s op België. Het merendeel was gericht op Antwerpen of Luik, de twee steden die het grootste slachtoffer werden van de terreur. Beide steden krijgen een prominente plek in het boek. Ook andere getroffen gemeentes krijgen hun plaats. Zo vertellen getuigen over de tientallen ongelukken met neergehaalde V1’s, veroorzaakt door de luchtafweergordel rond Antwerpen (Antwerp X).