Titel: De andere kant van de bersiap: Een reconstructie van de interneringen in en de evacuaties uit de republikeinse kampen op Java, oktober 1945-mei 1947
Auteur: Mary van Delden
Uitgever: Walburgpers, Zutphen, 2024
ISBN: 9789464561760
Titel: De republikeinse kampen in Nederlands-Indië oktober 1945 – mei 1947: orde in de chaos?
Auteur: Mary van Delden
Uitgever: Mary van Delden, Kockengen, 2007
ISBN: 9789081184519
Decennialang is in de media, in publicaties en op websites – zonder enige nuancering – gesproken over gewelddadige, ongedisciplineerde, gehersenspoelde en ongeorganiseerde Indonesische jongeren die na de Japanse capitulatie – onder de naam pemoeda – moordend en plunderend door Java trokken. Daarbij zouden tienduizenden doden zijn gevallen. Uit de reconstructie van de interneringen in en de evacuaties uit de zogenoemde republikeinse kampen blijkt dat lang niet alle pemoeda gewelddadig waren. ‘De andere kant van de bersiap’ is dat pemoeda in meerderheid reageerden op de oproep van Soekarno om alle bedreigde Nederlandse (en Ambonese en Menadonese) mannen en oudere jongens tussen 11 en 19 oktober 1945 in republikeinse kampen te interneren om bloedvergieten te voorkomen. Vrouwen en kinderen volgden vanaf eind oktober tot medio december.
Voor de totstandkoming van dit onderzoek heeft Mary van Delden meer dan honderd ooggetuigen en Indonesische veteranen geïnterviewd. In 2007 promoveerde Van Delden reeds op dit onderwerp. Haar proefschrift is online beschikbaar.
Zie eveneens dit gesprek tussen de interviewer Michal Citroen met Van Delden over haar proefschrift van OVT (VPRO).
Revolusi – Indonesië en het ontstaan van de moderne wereld
David Van Reybrouck
De Bezige Bij, Amsterdam 2020
Het onafhankelijkheidsproces op weg naar de revolusi. Dat is de periode waar het Van Reybrouck om gaat, en waarvan de allerlaatste ooggetuigen nog leven. Van Reybrouck interviewt een heel legertje 90-plussers.
Zij brengen de geschiedenis tot leven. Geen detail is te klein, geen citaat overbodig: ‘Getuigen die vinden dat ze niks te vertellen hebben zijn vaak de interessantste’, schrijft Van Reybrouck.
Van Reybrouck vindt de opmerkelijkste getuigen op de onwaarschijnlijkste plaatsen en slaagt erin mensen te laten praten, zelfs over de grootste smerigheden die ze hebben begaan of ondergaan. Hij spreekt dienstweigeraar Piet van Staveren, maar ook vrijwilliger Goderd van Heek, Indonesische oud-strijders, dwangarbeiders, troostmeisjes, hoogbejaarde Gurkha’s, Japanse veteranen en zelfs Soekarno’s Japanse weduwe Dewi. Hij voert Britten, Fransen, Japanners, Duitsers en Amerikanen op, want de revolusi was niet alleen mensenwerk, maar was ook nadrukkelijk ingebed in een groter, internationaal gebeuren: er zijn meer dan twee kanten aan dit verhaal.
AFL. 1: BEVRIJDING ZONDER BEVRIJDING – 15-08-1986 – KENMERK
Actualiteitenprogramma. Deze aflevering het eerste deel van een tweedelige reportage waarin vrouwen en hun kinderen over hun ervaringen in de Jappenkampen vertellen. Dit eerste deel behandelt de periode vanaf het begin van de Tweede Wereldoorlog in Nederlands-Indië tot de bevrijding.
AFL. 2: LEVEN TUSSEN TWEE WERELDEN – 22-08-1986 – KENMERK
Actualiteitenprogramma. Deze aflevering het laatste deel van een tweedelige reportage waarin vrouwen en hun kinderen over hun ervaringen in de Jappenkampen vertellen. Dit tweede deel behandelt de periode vanaf de bevrijding van Nederlands-Indië.
Na gesprekken met 50 voormalige kampbewoners selecteerde IKON-regisseur Wil van Neerven er 17 voor de film “Sudah, laat maar!”.De Ikon zond in 1986 zijn „oral history” van de Japanse interneringskampen in twee delen uit. De titel Sudah, laat maar! is ontleend aan de reactie van een groot aantal kandidaat-geïnterviewden: „Sudah”, spraken vooral vertegenwoordigers van de oudere generatie, „laat die vreselijke periode nou maar rusten”.
Wil van Neerven schetst zowel een compleet als chronologisch beeld van de 225 interneringskampen, waar in totaal zo’n honderdduizend mensen werden geïnterneerd.
Het belangrijkste motief van Van Neerven om het onderwerp nadrukkelijk niet te baseren op historische gegevens, maar het louter aan de hand van persoonlijke, emotionele en wellicht subjectieve getuigenissen te schetsen is, om het jarenlang verborgen leed voor het eerst goed in de openbaarheid te brengen.
Aankomst ooievaarsschip ”Atlantis” (1950)
Met het schip “Atlantis” repatriëren KNIL-militairen en hun gezinnen uit Indonesië naar Nederland. Onderweg worden baby’s geboren, zodat de “Atlantis” uiteindelijk in Amsterdam arriveert met 62 passagiers meer dan oorspronkelijk.
Polygoon-Profilti (producent) / Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (beheerder)
Publicatiedatum: 10 juli 1950
Licentie: CC-BY-SA
YouTube – KeiTV Amersfoort
Interviewer/schrijver Grondhuis is zelf in 1950 geboren aan boord van de Atlantis, toen zijn ouders van Indonesië naar Nederland voeren. ,,Ik ben al vier verschillende mensen in mijn jeugd in Amersfoort tegengekomen die ook op de Atlantis geboren zijn.” In zijn boek beschrijft Grondhuis de verhalen van achttien Indische families die in Amersfoort zijn komen..
Op het Engelse schip de Atlantis werden tijdens de reis 63 baby’s geboren die zowel de Nederlandse als de Engelse nationaliteit kregen. Met uiteindelijk 959 opvarenden kwamen de vluchtende Nederlanders op 10 juli 1950 in Amsterdam aan op de Javakade.
In het boek staan achttien verschillende verhalen van families met Nederlands-Indische roots.
Zij kwamen naast met de S.S. Atlantis o.a. ook met de M.S. Sibajak en de S.S. Majola naar Nederland.
Hoofdvragen waren: Weet u iets over de achtergrond van uw vader (veelal KNIL-achtergrond) en moeder? Wat kunt u vertellen over uw voorouders? Op welke eilanden heeft uw familie gewoond en vond er migratie plaats tussen de eilanden? Waar hebben uw ouders gewoond toen ze in de jaren 1950 en 1960 in Nederland aankwamen? Voelt u zich Indisch en gaat u naar Indische bijeenkomsten?
Er wordt voornamelijk over Nederland, Indonesië, Java, Ambon, Saparua en Sulawesi gesproken.
Thema’s zijn o.a. Tweede Wereldoorlog, Indonesische revolutie, voorouders, migratie, ontvangst in Nederland, identiteit, Indische verenigingen, KNIL, huisvesting, discriminatie, ongelijkheid binnen leger.
De collectie wordt beheerd door Jim Grondhuis. Er zijn geen concrete plannen om de collectie onder te brengen bij een archiefinstelling.
De collectie bestaat uit digitale audiobestanden. Om de interviews duurzaam te bewaren voor de toekomst is overdracht aan een e-depot gewenst.
Grondhuis, J. (2020). Adoeh seh. De weg naar Amersfoort.
In eigen beheer.
Publicaties verbonden aan de collectie:
Heshusius, C. A., Zwitzer, H. L., & Staf Chef Generale Staf/Bevelhebber Landstrijdkrachten. Sectie Krijgsgeschiedenis K.L. (1976). Verslag omtrent militair-historisch onderzoek in Indonesië over de periode 1945 – 1949 door een team van de sectie krijgsgeschiedenis K.L. In Sectie Krijgsgeschiedenis K.L. Staf Chef Generale Staf/Bevelhebber Landstrijdkrachten.
Zie voor nadere analyse: masterscriptie E.M.F.F. Miedema
“Wat weet zo’n meid in Den Haag er nou van?”
Een uitgebreide publicatie over de oorlog met Indonesië bleef uit. In plaats daarvan publiceerden Heshusius en Zwitzer in 1977 het overzichtswerk Het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger 1830-1950: een terugblik. In dit boek, dat voornamelijk uit foto’s met korte beschrijvingen bestaat, staan de auteurs stil bij de Java-oorlog, de Atjeh-oorlog, generaal van Heutsz, de inname van Nederlands-Indië door Japan, en op het einde komen ook kort de ‘politionele acties’ aan bod.
Het Koninklijk Nederlands-Indische leger 1830-1950 – Een terugblik
H.L. Zwitzer en C.A. Heshusius
Sdu Uitgevers, 1977
ISBN: 9789012017633
Een oude collectie van één van de voorgangersorganisaties (Sectie Krijgsgeschiedenis KL) van het NIMH.
In 1976 hebben. C.A. Heshusius en H.L. Zwitzer interviews met TNI-kopstukken in Indonesië afgenomen in het kader van militair-historisch onderzoek over de periode 1945-1949.
In de zomer van 1976 gingen Heshusius en Zwitzer naar Indonesië voor archiefwerk en om interviews af te nemen van TNI-kopstukken, Indonesische militair-historici en politici, ten behoeve van hun onderzoek. Van dit bezoek verscheen een kort verslag. Heshusius en Zwitzer verbleven ruim twee maanden in Indonesië, waar zij op Java een bezoek brachten aan verschillende steden.
Er wordt voornamelijk over Indonesië gesproken. Thema’s zijn o.a. Indonesische revolutie, tactiek en organisatie van TNI en KL/KNIL.
De interviews zijn afgenomen in het kader van verschillende filmprojecten. Roy Villevoye is beeldend kunstenaar en filmmaker en komt in West-Papua sinds de jaren 1990. Zijn focus ligt op de Asmat in het Zuidwesten van Papua. Hij is geïnteresseerd in persoonlijke verhalen van, en de (historische) relaties tussen verschillende groepen: Nederlanders, Indonesiërs en Papua’s. De interviews zijn gebruikt in verschillende films (deels samen met Jan Dietvorst) waaronder Geef me zeep. Geef me een handdoek en The new dress waarin missionarissen aan het woord komen, de film Evidence, And the Trumpet Shall Sound, Owner of the voyage en Propeller.
De interviews gaan in op gebeurtenissen en ervaringen in de jaren 1945 – 2017.
Er wordt voornamelijk over West-Papua, Asmat, Merauke, Nederland en Indonesië gesproken. Thema’s zijn o.a. Tweede Wereldoorlog, Indonesische bezetting, koloniale tijd, missionarissen, vliegtuigcrash.
Interviews met mensen van verschillende generaties met een Nederlandse en Indo-Europese achtergrond die van Indonesië naar Nederland zijn gemigreerd.
Riekje Hoffman interviewde voor de expositie De overstap verschillende generaties Nederlanders en mensen met een Indo-Europese achtergrond. De interviews zijn opgebouwd uit drie delen. De tijd voor vertrek, de reis naar Nederland, en de aankomst en verblijf in Nederland. Riekje Hoffman heeft op basis van deze interviews collages gemaakt met familiefoto’s van 15 gezinnen die van Indonesië naar Amersfoort zijn gemigreerd. Deze zijn in 2021 tentoongesteld als onderdeel van de expositie IMPACT-fotos that matter in het Rietveldpaviljoen in Amersfoort. Van 5 van deze interviews is beeldmateriaal beschikbaar.
De interviews gaan in op gebeurtenissen en ervaringen in de jaren 1920 – 2021.
Er wordt voornamelijk over Nederland en Indonesië gesproken. Thema’s zijn o.a. Indonesische revolutie, dagelijks leven.
Beheer: De collectie wordt beheerd door Riekje Hoffman.
Toegang: De collectie is beperkt openbaar. Bij interesse kan contact opgenomen worden via info@riekjehoffmanfotografie.nl.
Toelichting op De Overstap door Riekje Hoffman:
Riboet verhalenkunst is een in 2012 opgericht collectief dat middels persoonlijke verhalen erfgoedinstellingen en publiek met elkaar in contact brengt. Het collectief verzamelt verhalen op uiteenlopende manieren. Zo verzamelt en deelt Riboet Oral History in een theatrale setting voor live publiek in het podiumprogramma Café Riboet, maar worden verhalen ook vastgelegd via de verhalenschommel, de Vertelmobiel, de Verhalenbetjak en de Verhalenkast.
Riboet werkt hierin samen met o.a. het Indisch Herinneringscentrum, het Haags Historisch Museum en de Tong Tong Fair. Sommige video’s zijn bewerkt, anderen niet. De lengte van de interviews loopt erg uiteen, van korte straatinterviews van een paar minuten tot interviews van een half uur. Alle interviews worden opgenomen met een vooraf vastgesteld eindproduct in het hoofd. Het doel van de interviews en producties is om actuele en historische thema’s te bespreken en een bijdrage te leveren aan de verbinding tussen mens en maatschappij.
De interviews gaan in op gebeurtenissen en ervaringen in de jaren 1930 – heden.
Er wordt voornamelijk over Indonesië, Nederland en Nieuw-Guinea gesproken. Thema’s zijn o.a. Tweede Wereldoorlog, Indonesische revolutie, briefwisselingen, migratie, aankomst in Nederland, band met Indonesië en voormalig Nederlands-Indië, herinneringen, voorwerpen, cultuur.
Beheer: De collectie wordt beheerd door Riboet Verhalenkunst. In de nabije toekomst zal de collectie worden overgedragen aan het Indisch Herinneringscentrum (IHC).
Toegang: De collectie is momenteel niet toegankelijk. Na overdracht aan het Indisch Herinneringscentrum kan de collectie worden opgevraagd en bekeken.
Pamela Pattynama, toentertijd docent/onderzoeker aan de Universiteit van Amsterdam bij de vakgroep Literatuurwetenschap met als specialisatie Vrouwenstudies (het latere Genderstudies) wilde met mensen spreken die in de koloniale periode zijn opgegroeid. Ze was specifiek geïnteresseerd in ervaringen van vrouwen: zij hebben vaak een heel ander levenspad bewandeld dan mannen en mannen komen vaker aan het woord. Het doel was om vrouwen te spreken die haar konden vertellen over hun (dagelijks) leven. De selectie van deelnemers ging via familieleden en kennissen en sneeuwbalselectie via de geïnterviewden. De vraagstelling hield ze bewust algemeen omdat ze geen thema’s wilde uitsluiten en benieuwd was waar de vrouwen zelf over wilden vertellen.
De interviews gaan in op gebeurtenissen en ervaringen in de jaren 1920 – 1989.
Er wordt voornamelijk over Indonesië, Java en Jakarta gesproken, maar ook over andere eilanden en plaatsen. Thema’s zijn o.a. dagelijks leven, scholing en verbanning i.v.m. RMS-activiteiten.
De collectie wordt beheerd door Pamela Pattynama. Zij heeft de wens om de interviews in de toekomst over te dragen aan een archief.
Doede Bruinsma (1926) groeide op in het Groningse Harpel. Hij had zich in 1946 vrijwillig aangemeld bij het leger omdat hij de dienstplicht aan zag komen. Bruinsma vertrok in november 1947 met het troepentransportschip de Groote Beer naar Indië. Hij was werkzaam als sergeant majoor administrateur in Sanga-Sanga, het olieboorterrein op Borneo, en later in Wanaredja op Midden-Java. Bruinsma keerde in januari 1950 terug naar Nederland.
Nadat het debat over het conflict tussen Nederland en Indonesië in 2012 weer in alle hevigheid oplaaide heeft OVCG in samenwerking met het Gronings AudioVisueel Archief (GAVA) een Oral History-project gemaakt. Met dit project wordt er aandacht geschonken aan de belevenissen van drie Groninger Indië-veteranen. Hiermee tracht OVCG mensen een beter inzicht te geven in het conflict tussen Nederland en Indonesië vanuit de optiek van Indië-veteranen. De onderstaande film was het resultaat, waarin drie veteranen, waaronder Doede Bruinsma, het verhaal vertellen over hun tijd in Indië.
De interviews zijn afgenomen door Oorlogs- en verzetscentrum Groningen. De interviews gaan over de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog en de rol van de geïnterviewden hierin. De drie interviews zijn verwerkt in een montage van 30 minuten.
De interviews gaan in op gebeurtenissen en ervaringen in de jaren 1946 – 1949.
Er wordt voornamelijk over Nederland, Groningen en Indonesië gesproken. Thema’s zijn o.a. Tweede Wereldoorlog, Indonesische revolutie, verwachtingen, dienstplicht, oorlogsvrijwilligers, aanpassingsproblemen.
Jan Hummel, Doede Bruinsma en Anton Schurer vertellen in deze montage over hun periode in Nederlands Indië tussen 1946 en 1949. De montage is een uitsnede uit drie Oral History interviews, afgenomen door OVCG.
Oral History Ned. Indië veteranen OVCG from Groninger Archieven on Vimeo.