Britta Hosman maakte een documentaireserie over misbruik en dwangarbeid in de kloosters van de Goede Herder, waaronder een klooster in Almelo. Ze sprak met voormalige meisjes, zusters en de huidige leiding van de orde. Tijdens haar onderzoek ontdekte ze een verborgen begraafplaats op het terrein van de Goede Herder in Almelo, vergelijkbaar met eerdere vondsten in Ierland en Canada.
Oud-pupillen Lies Vissers, Joke de Smit en R. Riet, die als kinderen opgesloten zaten en moesten werken, eisen nu excuses en compensatie. Hosman onderzoekt samen met hen hun verleden. Van 1860 tot 1978 werden in vijf Nederlandse tehuizen 20.000 meisjes opgevangen. Demografisch onderzoek toont aan dat er in deze tehuizen 2 tot 4 keer meer meisjes stierven dan normaal.
De serie belicht beide kanten van het verhaal, inclusief de reactie van de Goede Herder, die bij erkenning van schuld mogelijk met vele rechtszaken te maken krijgt.
Prof. dr. Chan E.S. Choenni heeft de geschiedenis van de Hindostaanse contractarbeiders te boek gesteld. Niet alleen door uitgebreide literatuurstudie en archiefonderzoek, ook aan de hand van oral history geeft Choenni een inkijk in het leven van de contractarbeiders. Zo geeft hij een levendig beeld van de werving en selectie in India, van het transport naar de havenstad Calcutta/Kolkata en van de reis overzee. Ook beschrijft hij de aankomst in Suriname en het dagelijks leven van de contractarbeiders op de plantages.