Bijdrage tot de historische ecologie van de Limburgse Kempen (1910-1950) : tweehonderd gesprekken samengevat
Uitgever: Stichting Natuurpublicaties Limburg
ISBN: 9789074508087
In de Belgisch-Limburgse Kempen heeft Joël Burny aan oudere bewoners gevraagd naar de manier waarop zij in de eerste helft van de twintigste eeuw omgingen met hun landschap. Zijn onderzoek laat zien dat traditionele inzichten vaak niet kloppen voor dit specifieke gebied. De nieuwe inzichten moeten meer houvast bieden bij het bepalen van de huidige beheersvorm, die veel meer gestoeld zou moeten zijn op historisch correcte referenties.
Het boek is een samenvatting van een grote reeks gesprekken die met 96 oudere inwoners in de Belgisch-Limburgse Kempen zijn gevoerd. Deze gesprekken gingen over het traditionele gebruik van heiden en beekdalgraslanden, waardoor er een beeld is ontstaan van het functioneren van het landschap in het begin van de 20e eeuw. Dit is de periode vóór de mechanisatie van de landbouw en vóór het grootschalige gebruik van stikstofrijke mest.
Uit de gesprekken zijn details over het historische gebruik van het landschap bekend geworden die anders verloren gegaan zouden zijn. Het gaat om werkzaamheden van boeren in de eerste helft van de 20e eeuw met betrekking tot waterlopen, beekdalgraslanden, vloeiweiden, droge en vochtige heiden en visvijvers.
Prof. dr. Chan E.S. Choenni heeft de geschiedenis van de Hindostaanse contractarbeiders te boek gesteld. Niet alleen door uitgebreide literatuurstudie en archiefonderzoek, ook aan de hand van oral history geeft Choenni een inkijk in het leven van de contractarbeiders. Zo geeft hij een levendig beeld van de werving en selectie in India, van het transport naar de havenstad Calcutta/Kolkata en van de reis overzee. Ook beschrijft hij de aankomst in Suriname en het dagelijks leven van de contractarbeiders op de plantages.
Deze uitgave van Meulenhoff betreft de tekst van een proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor in de Letteren aan de Universiteit van Amsterdam, op 8 mei 1987.
Aantal interviews: 42 (+ onbekend aantal anonieme geïnterviewden)
Het bronmateriaal is een groot aantal cassettebandjes.
In 2022 / 2023 worden de bandjes gedigitaliseerd door Pieter Bas van Wiechen
Transcripties: ja
Toegankelijkheid: onbekend
Geheugen, getuigen en herinneren
voorbeelden uit een onderzoek naar het amsterdamse joodse proletariaat tussen 1918 en 1940
Selma Leydesdorff
Onderdeel van: Mondelinge geschiedenis : over theorie en praktijk van het gebruik van mondelinge bronnen
Red.: Manuela du Bois-Reymond en Ton Wagemakers
pagina 80-100
Het boek betreft de tekst met de bijbehorende 16 pagina’s illustraties van een proefschrift voor de Universiteit van Amsterdam. Van dat werk maakt verder onder andere een samenvatting in het Engels deel uit. Voor dit proefschrift ontleende de historica Selma Leydesdorff gegevens aan archieven, maar vooral aan interviews met velen die in hun jeugd deel uitmaakten van het door haar onderzochte Joodse proletariaat. Opzet van de schrijfster is om te komen tot een beter zicht op ‘dat wat niet meer is’. Een deel van de negentig geïnterviewden wilde echter slechts spreken als hun woorden niet ter plekke zouden worden geregistreerd met opnameapparatuur of op schrift gesteld; hun woorden zijn daarmee noodgedwongen achteraf uitgewerkt. Bij haar onderzoek betrekt de schrijfster onder andere de Joodse cultuur, de Joodse economie, de binding van de betrokkenen met hun Joodse wortels, hun organisaties en de geschiedenis van de Joodse straten en buurten in Amsterdam.
In 1987 verscheen Wij hebben als mens geleefd: Het Joodse proletariaat van Amsterdam 1900–1940 in woord en beeld. Hierin schetst hoogleraar Selma Leydesdorff aan de hand van vraaggesprekken een beeld van het vooroorlogse Joodse leven in Amsterdam. Wij hebben als mens geleefd verscheen ook in het Engels en Duits en kreeg veel internationale aandacht.
Het Joodse proletariaat van Amsterdam 1900–1940 is de herziene editie van dit werk. Het is opgeluisterd met schilderijen van G.J. Staller (verzameld en geselecteerd door Harry Mock) waarop het Joodse straatleven tussen 1900 en 1930 te zien is en de mensen – bedelaars, marktkooplieden en venters – een gezicht krijgen. De benauwdheid van de Jodenhoek met zijn donkere straten is voelbaar; je hoort haast de rauwe kreten van de venters met hun waren, allesoverheersend is de geur van armoede.
Met Het Joodse proletariaat van Amsterdam 1900–1940 krijgen de namen van het in 2021 onthulde oorlogsmonument aan de Weesperstraat in Amsterdam ook een gezicht.