Op vrijdag 18 maart organiseerde de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed in samenwerking met Knooppunt “Sprekende geschiedenis” de eerste workshop over ‘Oral History en Erfgoed’ in Amersfoort. De workshop leverde mooie voorbeelden en waardevolle verdieping op.
Een gezelschap van zo’n 25 mensen kreeg eerst een korte presentatie van Saskia Moerbeek van het Knooppunt over oral history als vakgebied en de relatie tussen oral history en erfgoed. Het bijzondere aan deze relatie is dat oral history niet alleen kan bijdragen aan een diepere betekenis van bijvoorbeeld materieel erfgoed, maar dat het in zichzelf natuurlijk ook (immaterieel) erfgoed is. En het is ook nog eens een goede manier om mensen en groepen bij erfgoed te betrekken. Mensen vinden het vaak erg leuk om verhalen te vertellen over de betekenis die objecten, voorwerpen, gebouwen, roerend goed, landschappen en culturele tradities voor hen hebben. Op basis hiervan vinden ze het ook leuk om mee te denken over de opzet van publiekspresentaties.
De deelnemers wisten met elkaar een hele reeks aan voorbeelden van erfgoedprojecten te noemen waarin oral history een rol speelt. Denk aan verschillende perspectieven op de uitbraak van varkenspest 25 jaar geleden. Of aan de verhalen van zusters van een bepaalde Kloosterorde in Limburg. Ook ontstonden er heel veel mooie ideeën voor nieuwe projecten. Deze voorbeelden worden binnenkort als lopende projecten op onze website geplaatst.
Na de pauze ging het over de kunst van het interviewen. De essentie van een oral history interview is dat je mensen op hun praatstoel krijgt, dat je zelf vooral luistert en dat je aandacht hebt voor het levensverhaal van de geïnterviewde, omdat dat de context biedt van waaruit iemand vertelt. Na een korte introductie van Frank von Meijenfeldt van het Knooppunt, gingen de deelnemers in drietallen zelf aan de slag met het interviewen van elkaar over een dierbaar voorwerp, object of gebouw. Eén van de drie vervulde de rol van observant.
Uit de nabespreking bleek dat er enkele valkuilen zijn bij een oral history interview. Zo kan het gebeuren dat je meer in een gesprek verzeild raakt dan dat je de geïnterviewde echt zijn of haar verhaal laat vertellen. Ook kunnen er gevoelige onderwerpen zijn, waar je als interviewer lastig neutraal mee om kunt gaan.
Al met al was het een leerzame middag die op 15 april vervolgd wordt met een programma dat o.a. over de techniek van transcriberen, metadateren gaat en deels over het maken van publiekspresentaties. Ook zoomen we in op de vraag hoe je geïnterviewden en hun gemeenschappen betrekt bij presentaties.