Het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk vertelt het verhaal van de Watersnoodramp van 1953 door middel van persoonlijke verhalen en getuigenissen. In vier caissons, die destijds werden gebruikt om het laatste gat in de dijk te sluiten, komen de menselijke ervaringen van overlevenden, nabestaanden en hulpverleners tot leven.
Wat maakt dit project bijzonder?
Het Watersnoodmuseum legt de nadruk op de persoonlijke verhalen achter de ramp. Elk jaar organiseert het museum de Oral History Dag, waarop nieuwe getuigenissen en schenkingen worden gepresenteerd. De verhalen bieden een indringend inzicht in het menselijke leed tijdens en na de ramp en houden de herinnering levend.
De vier caissons van het museum zijn elk gewijd aan een specifiek thema:
-
De Ramp: Feiten en gebeurtenissen van de nacht van 1 februari 1953.
-
De Mensen: Persoonlijke verhalen van slachtoffers, overlevenden en betrokkenen.
-
De Wederopbouw: Herstel van het land en de hulp die werd geboden.
-
De Toekomst: Innovaties in waterbeheer en de lessen uit de ramp.
Door middel van interactieve presentaties en objecten maakt het museum de impact van de ramp tastbaar. Een bijzondere plek in het museum is gereserveerd voor het kunstwerk “1835 + 1”, waarin de namen van de 1836 slachtoffers staan vermeld.
Presentatie:
Naast vaste en wisselende tentoonstellingen biedt het museum ook het Jeugdwatersnoodmuseum, waar jongeren verhalen ontdekken via speurtochten en interactieve opdrachten. De nadruk op oral history maakt het museum uniek: bezoekers kunnen luisteren naar getuigenissen van mensen die de ramp van dichtbij hebben meegemaakt.
Door persoonlijke verhalen centraal te stellen, biedt het Watersnoodmuseum niet alleen een historische terugblik, maar ook een reflectie op de invloed van water en klimaatverandering op het menselijk leven.